623 | ‘Bedankt voor Toppop’
Richt het eigenzinnigste platenlabel van NL op, zorg dat het 10 jaar bestaat en luister die heuglijkheid op met een feestje in het Utrechtse Tivoli. Da’s ongeveer hetgeen labelbaas Ferry Roseboom moet hebben gedacht toen hij de dubbellustrumdatum van ‘Excelsior’ op de kalender zag naderen. Dat dit feestje uitdraaide op een bijzonder heuglijk gebeuren mag duidelijk zijn als u de line-up bekijkt die monheer Roseboom had bedacht voor zijn viering. Spinvis, Gem, Johan, Hallo Venray, Alamo Race Track, Solo, Do-The-Undo. De creme-de-la-creme van de Vaderlandsche Muziek, naar wij dachten.
Do-The-Undo is het nieuwe hobbyprojectje van ex-Darryll Anne Soldaat waarin we achter de drumvellen en passant ook nog Henk Jonkers (legendarisch ? zeg Fatal Flowers en de rest vult zichzelf in) ontwaren. DtU drijft nogal zwaar op de kurk die Darryll Ann leeg achterliet, maar is daarom niet minder smaakvol. De bassist konden we niet thuisbrengen (er was overigens nog plaats genoeg in de auto, dus het had gekund) maar bleek bij thuiskomst de voormalig basseur van voormalig -alweer- Darryll Ann. Eén groot feest der herkenning dus.
Van de bijzonder spannende balkonconcerten (lees: GEM) bleek weinig chocola te maken: alleen als je vooraan stond had je de mazzel iets te zien danwel te horen. En aangezien wij verre van vooraan stonden kunt u al raden hoe wij GEM hebben beleefd. Niet dus. Jammer. Ook de kleedkamerconcerten bleken voor de echte intimi, want met niet meer dan 25 bezoekers vis je al snel achter het net. Solo ging dus ook aan onze bevallige neus voorbij. Ook jammer dus.
Gelukkig was daar nog Excelsiors Heilige Drieëenheid die op de mainstage mocht aantreden. Hallo Venray / Johan / Spinvis. Henk Koorn verbloemde op kostelijke wijze zijn gebrek aan gitaartalent door elk nummer te laten ontaarden in een kakafonie van fuzz, distortion en microfoonstandaard-slide. Dat leverde als vanouds drie kwartier opperbeste muziek op. Hoogtepunten? ‘Gallons of gasoline’, ‘Travelling’ en ‘Tuck the man’. Vervolgens Johan. Of JHN, zoals het tegenwoordig zo modern wordt geschreven. Het Nederlandse popjournaille-leger valt in katzwijm bij het roepen van deze toch vrij gebruikelijke jongensnaam. Waarom ? Omdat de band, door de grilligheid van Jacco de Greeuw, in de 10 jaar dat ze bestaat telkens weer de vergetelijkheid dreigt in te duiken maar nét op tijd dan weer met een briljant stukje muziek op de proppen komt. Zo ging het 5 jaar geleden al met Pergola, zo gaat het nu ook met THX JHN (tja, sms-en is de bom). Een fantastische plaat die qua originaliteit een 3 scoort maar qua vermakelijkheid een 10. Ik bedoel, als u bij het beluisteren van deze derde Johan-boreling niet direct denkt aan REM dan is er iets grondig mis met u. Niet dat dat er iets toe doet. Johan heeft door het verzamelen en adopteren van de lekkerste krenten uit de poppap toch een heel eigen sound geschapen. Muziek uit duizenden en toch uniek. Da’s razend knap. Hoogtepunt ? Coming in from the cold, een titel op het lijf geschreven van De Greeuw.
En dan Spinvis. Met zijn hele gevolg op het podium gepropt was er schijnbaar ook nog ergens plaats voor – jawel – Ad Visser die Erik de Jong (alsmede zijn hele gevolg) een gouden plaat mocht aanreiken. De speech die daaraan vooraf ging was net iets te plichtmatig om geloofwaardig te zijn. SpiV’s spontane eerste reactie op het krijgen van het kleinood (“Bedankt voor Toppop”) was er meteen een met eeuwigheidswaarde. Kostelijk. “Fucking Ad Visser !”. Hoogtepunt ? ‘Aan de oevers van de tijd’,’Wat zei Alice ook alweer ?’ en ‘In de staat van narcose’.
Er is er 1 jarig, dat kun je wel zien: alhier zijn dus de foto’s
Jammer dat ik er niet bij kon zijn.
Gisteren was het genieten bij de instore van JHN in de Velvet in Breda.
Naderhand nog nagebabbeld met de mannen, waarvan binnenkort verslag op FileUnder.
🙂